Het paasfeest is omgeven met tradities, van paaseieren tot paasvuur. Een minder bekende traditie is de Risus Paschalis, de paaslach. In de Middeleeuwen werd er van het paasfeest een groot feest gemaakt. De duivel was verslagen en mocht (nee, moest!) uitgelachen worden. Het gevolg: voorgangers die liepen te gakken als ganzen, gekke bekken trokken, of uit de kast kwamen met complete verkleedpartijen. En dan was er nog de paasgrap. Zoals deze uit de overdenking met Pasen. Deze feestelijke dienst is in zijn geheel terug te kijken op Kerkdienstgemist.nl bij ‘PKN Lichtenvoorde’.
De nieuwe dominee in het dorp had net een nieuwe werkkamer gekregen bij de kerk. Toen hij de koster hoorde aankomen dacht hij ‘ik zal direct even indruk maken’. Hij pakte snel de telefoon en zei: “Nee, natuurlijk majesteit, uiteraard ben ik bereid om weer een keer op bezoek te komen. En doet u de hartelijke groeten aan uw vrouw.” Daarna legde hij, alsof het de gewoonste zaak van de wereld was, de telefoon neer en vroeg aan de koster: “Ah, wat kan ik voor je doen?”. “Nou, ehh, helemaal niets”, zei de koster “Ik kom gewoon even de telefoon aansluiten.”
Nu is wat humor natuurlijk nooit verkeerd. Maar in dit geval is het ook een grap met een knipoog, een boodschap. Als eerste: je hoeft je voor God (en mensen) niet groter voor te doen! Je mag er zijn zoals je bent! En als tweede: die telefoon. Is dat niet waar geloof om gaat? Dat je een werkend lijntje hebt naar boven. Dat God, dat geloof, hoop en liefde, deel uit maken van je leven. Verbinding hebben, contact, met God én met elkaar en daar energie uit mogen putten. De meest duurzame energie, in tijd… en eeuwigheid. Grappig toch!